Jij doet het allemaal: tv, film, theater...
— Je vergeet muziek nog (lacht).
Ja kijk, muziek komt er dan ook nog bij! Hoe moeilijk is het om te kiezen tussen al die media?
— Ik snap de fascinatie voor die vraag. Een tijd lang zei ik dat de vergelijking tussen toneel en film er een is zoals tussen tennis en pingpong, of zoals tussen voetbal en tafelvoetbal. Maar die vergelijking gaat maar voor zover op.
Het speelse karakter op toneel is veel groter dan voor de camera. Je bent elkaars tegenspeler maar ook elkaars recensent. En dat is soms pittig, maar tegelijk ook tof omdat je elkaar constant inspireert en goed leert communiceren met elkaar. Bij film kan je dan weer magische momenten capteren. Daar is het de regisseur die beslist naar wat je kijkt of naar wat je zou moeten kijken, terwijl bij theater je aandacht soms kan afdwalen naar iets anders wat er op het podium gebeurt. Dat dwingende bij film vind ik niet altijd even tof. Alleen: dat werkt soms zo ongelooflijk goed. En het talent bij onze Vlaamse regisseurs, dat is straf. De mogelijkheden zijn ongelooflijk groot. Om daar dan als speler in te mogen functioneren, dat is zo schoon.
Is de vrijheid als speler bij beiden even groot?
— Dat heeft bij allebei te maken met ervaring, volgens mij. Ik ken niemand die in zijn broek schijt als je voor een eerste keer op het podium alle ogen op jou gericht krijgt. Eén seconde van die angst toelaten en je bent gezien voor je gevoel. Maar hetzelfde kan je overkomen op set: met een camera in close-up op je smoel kunnen de foute gedachten je plots ook overvallen.
Je bent de job wel echt aan het verkopen.
— (lacht) Ja, echt superplezant hoor!
Het enige wat helpt in álle jobs is oprechtheid. Of je nu acteur of loodgieter bent. Iemand die zijn job goed doet, vindt daarin een juiste nederigheid. Als acteur heb je het verhaal meestal niet verzonnen en je hebt evenmin het acteren uitgevonden. Het principe van mensen die op een podium staan en voor een gemeenschap iets doen wat voor die gemeenschap van belang zou kunnen zijn. Als je je daar op een juiste manier toe verhoudt, dan ben je bezig met het verhaal en vergeet je het medium.
Bij LAZARUS heb je het allemaal mee zelf in handen. Hoe hard verschilt dat met op een podium staan als ‘uitvoerend’ acteur?
— Als veelvraat voel ik me enorm gezegend dat ik de verschillende facetten van het spelen of van het vertellen mag meemaken. LAZARUS is een collectief, dus wij zijn heer en meester over alle keuzes die wij maken en dat zorgt ervoor dat je je achter niets kan verschuilen. Bij grote vrijheid komt grote verantwoordelijkheid.
Maar ik heb ook al heel vaak met regisseur gewerkt, zowel in tv als in theater. Als die verstandhouding lukt vind ik dat ook heel fijn. Je zit dan in een radarwerk en doet wat je gevraagd wordt. Ik heb er ook nood aan om niet de hele tijd aan het stuur te zitten.
Ben je misschien meer met jezelf bezig, terwijl je je als maker ook meer het hele gebeuren aantrekt?
— Ja, omdat je die plek ook bewust wíl afstaan aan een regisseur. Ik vind het belangrijk om de positie te honoreren van iemand die vraagt: ‘het is mijn verhaal, mag ik aan het stuur zitten?’ Doen! En ik ga zo goed mogelijk helpen. Dat is een kwestie van vertrouwen.
Jullie kiezen bij LAZARUS vaak Russen. En Grieken ook. Is dat een bewuste lijn?
— Ik deed ooit een jaar Slavische filologie aan de universiteit voor ik naar de toneelschool ging, misschien komt het daardoor? (lacht)
Nee, dat is eigenlijk niet bewust maar vooral toeval. We zijn altijd wel op zoek naar verhalen die ieder van ons toucheren en die vinden we vaak in romans. Wat we bij LAZARUS gemeenschappelijk hebben, is dat we zijn ontstaan vanuit de goesting om de pen te hanteren en het plezier van de actualiteit te laten binnensluipen in een stuk. En dan kiezen we liever voor een roman die we zelf kunnen bewerken dan voor een stuk dat al bestaat. We hebben ondertussen 3 romans van Dostojevski bewerkt voor theater en misschien zijn we zo in een niche beland. Maar een beperking tot de Russische literatuur is voor ons helemaal geen beperking. De verhalen zijn universeel en actueel.
Net als bij de Grieken.
— … en zo komen we bij Orfeus! Ik had goesting om alleen op het podium te staan en wou dat combineren met in het reine komen met mijn afgelopen 50 jaar. Ik wou de strijd met mijn verantwoordelijkheid als individu in de wereld vastpakken, me afvragen waarom ik nu eigenlijk op een podium sta en waarom ik vind dat er iemand naar mij zou moeten willen luisteren.
Ik koester de verhalen van andere mensen en ging daarbij op zoek naar de oerspelers. Ineens schoot Orfeus door mijn kop, een mythische figuur. Ik wou spelen, maar ik wou daarbij ook niet ontkennen dat ik zelf een ongelooflijk wanhopige ziel ben die dingen heeft moeten uitvogelen. Die 2 zaken heb ik aan elkaar willen koppelen.
Hoe manifesteerde zich die strijd dan precies?
— Toen ik zelf in een diepe crisis zat wandelde ik 9 dagen in Frankrijk, de route naar Compostella maar dan in omgekeerde richting. Het was de eerste keer dat ik iets alleen heb gedaan. Ik was nooit in mijn hele fucking leven alleen geweest. Kan je je dat voorstellen?
Ik wou baas worden over mijn eigen pad en zoeken naar antwoorden op de vraag ‘waarom ben ik hier?’ Dat ik alleen met mijn eigen besognes leek bezig te zijn, maakte me echt woest. Ik heb tijdens die tocht tegen de zon staan roepen. Je komt dan niet alleen jezelf tegen, maar ook oplossingen. Noem het demonen, zoals Dostojevski het zegt, of het noodlot, zoals de Grieken het noemen. Waar je met meest schrik van hebt, dát ga je er tegenkomen.
Dus het zou eigenlijk goed zijn als we als maatschappij inzien dat wij maar doorgeëvolueerde hersenstammen zijn die alleen maar in paniek zijn. We ontploffen van de burn-outs en de veroveringszucht in de vorm van ideologieën en dat komt omdat onze maatschappij helemaal ratio geworden is.
En hadden de Grieken een oplossing?
— Wel, zij hebben ergens een soort van afslag gepakt die heel boeiend is: zij hadden al snel door dat wij als wezens een combinatie van ratio en hart zijn. Orfeus was zelf een voorganger in rituele manieren om naar een overgang te gaan, om te vervellen van een oud systeem, want hij moest en zou zijn vrouw terughalen uit de dood. En ik voel aan alles dat onze wereld daar nu ook inzit: dat we meer lef en kracht moeten tonen die vertrekt vanuit het hart, en dat we echt naar een hoognodige vrouwelijkere kant moeten die we allemaal in ons hebben.
Is er dan een gebrek aan diepgang nu?
— Maar hoe kómt dat gebrek aan diepgang er? Dat is omdat wij denken dat alles oplosbaar is. Dat is een ongelooflijke verwezenlijking van de wetenschap. Alles willen oplossen begint stilaan een vereiste te worden. Maar dat kan niet.
Er zit ongelooflijk veel in het leven wat je niet in de hand hebt. Sterker nog: je hebt eigenlijk niks in de hand. En eens je je daar aan kunt overgeven, dan begint er iets te komen als vrije wil. Dan pas. Maar wij verwarren vrije wil soms met: ik zeg mijn gedacht hoe ik het wil. Mensen maken zich bijvoorbeeld soms hardop boos omdat er een BMW op de oprit van hun buur staat. Maar in de natuur zie je dat niet. Denk je dat een treurwilg razend is omdat er een gigantische beuk naast hem staat? Nee, maar wij zijn wel razend, omdat we onszelf als centrum van de schepping zien. Maar het gaat niet over mij, het zal nooit over mij gaan. En waar het dan wel over gaat? Over het plezier van in leven zijn. Gewoon dat.
Is dit het meest persoonlijke dat je ooit op een podium hebt gebracht?
— Awel ja, by far. Omdat ik echt put uit eigen ervaringen. Tijdens mijn eigen crisis kwam ik steeds terug op hetzelfde inzicht: ken uzelf. Het oeradagio van de oude Grieken. Dat was volledig verweven met mijn eigen zoektocht. Toneel spelen is jezelf niet au sérieux nemen, maar gepassioneerd in het midden leggen wat een gemeenschap zou kunnen verbinden. En dat is wat ik wil doen.
Er zitten heel veel persoonlijke verhalen verweven in Orfeus. Ik ben een figuur die zichzelf een figuur aanmeet om te kunnen doen waar we allemaal mee in het reine moeten komen, en dat is sterven. Maar het gaat ook om een grote innerlijke ommekeer, en dat gaat niet zonder slag of stoot. We moeten bereid zijn om in het vuur te springen. En dat is wat de oude Orfeus-mythe eigenlijk is: ga samen door een vuur, en daarmee toon je dat we allemaal dezelfde zijn.
Wat mag het publiek precies verwachten? Jij als hedendaagse pastoor?
— (lacht) Ja, ik ga een preek afsteken! Nee, in alle onzin, ik kan niet anders dan op zoek naar de lichte kan ervan. Ik vind het schoon om het als een kosmische grap te zien. Omdat het niet ernstig is, het is namelijk warm, het is liefdevol, we willen eigenlijk alleen plezier en liefde en kameraadschap en avontuur. Het mag spannend zijn, het mag stout zijn, het mag onnozel zijn, maar dat kán allemaal, zonder dat je er ideologieën moeten tussenzwetsen.
En Flat Earth Society versterkt jouw verhaal?
— Absoluut. De rol van de muziek in de voorstelling is niet te onderschatten. Muziek is de grootste muze. Tijdens het schrijven zaten er sommige delen al in een bepaald metrum of ritme, daar ging Peter Vermeersch van Flat Earth Society mee aan de slag voor enkele composities. Maar er zal ook veel gejamd worden. We gaan gebieden in het stuk afspreken waar we niets gaan afspreken. Ik ga de band met momenten loslaten. En zij mij. Daar kijk ik ongelooflijk naar uit.
Koen De Graeve
- °1972
- Studeerde in 1995 af aan Studio Herman Teirlinck
- Acteur in theater bij Toneelhuis, Olympique Dramatique, KVS, de Kakkewieten...
- In 2006 medeoprichter van theatergezelschap LAZARUS (sinds 2017 het huisgezelschap van ARSENAAL/LAZARUS in Mechelen)
- Ook bekend van film en tv (o.a. Loft, De helaasheid der dingen, Van vlees en bloed, Studio Tarara, Déjà Vu...)